Bij het isoleren van een wand of dak, is naast het isolatiemateriaal een belangrijk onderdeel de folie.
De folie die gebruikt wordt in de constructie leidt vaak tot allerlei misverstanden, zeker in combinatie met het damp-open bouwen. In dit artikel meer informatie over het toepassen van de folies.
Type folies
Er zijn grofweg 3 type folies te onderscheiden, met elk een eigen toepassing:
- Dampdichte folie, ook wel dampscherm genoemd. (sd-waard > 100m)
- Dampremmende folie (sd-waarde < 100m)
- Dampopen folie (sd-waard < 5 )
De termen voor deze folies worden vaak doorelkaar gebruikt. Over het algemeen kun je stellen dat alle folies dampremmend zijn en zo dus ook verkocht worden. De mate van de dampremmendheid, bepaald of de folie gebruikt wordt als een dampdichte folie of een dampopen folie.
Sd-Waarde
Met de Sd-waarde kan je de verschillende materialen met elkaar vergelijken. De sd waarde in meters (m) staat gelijk aan dezelfde dampdifussie voor die hoeveelheid lucht. Dus een materiaal met een sd-waarde van 100, heeft dezelfde dampdifussie als 100 meter lucht.
Verschilllende toepassingen van de folies
1) Dampdichte folie
De dampdichte folie (of dampscherm), wordt gebruikt in situaties waar absuluut geen vocht de constructie in mag komen. Denk bijvoorbeeld aan daken met een buitenafwerking van Bitumen of EPDM. Deze dakmaterialen zijn zelf dampdicht en dus kan eventueel vocht in de constructie niet ontsnappen naar buiten. Om te voorkomen dat vocht zich ophoopt in de constructie, wordt er een damp-dichte folie aan de binnenzijde toegepast direct achter de gipsplaat. Deze folies hebben een sd-waarde van hoger dan 100. Een voorbeeld is PE-folie
2) Dampremmende folie
Een dampremmende folie os